Aa-landen: Het Zwols college heeft de gemeenteraad voorgesteld vast te stellen dat Dijklanden tot 2026 niet nodig is om de woningbehoefte op te vangen. De huidige bestemming moet gehandhaafd blijven en voorgesteld wordt de locatie Dijklanden vooralsnog beschikbaar te houden voor agrarische en daaraan gelieerde functies, die een meerwaarde betekenen voor de stad. Verder stelt het college voor de invulling van de locatie Dijklanden voor de periode na 2026 nader af te wegen bij het opstellen van de Zwolse Omgevingsvisie.
Diverse ontwikkelingen zijn voor het college aanleiding om, vooruitlopend op het opstellen van een nieuwe Structuurvisie (nu: Omgevingsvisie), Dijklanden als potentiele woningbouwlocatie af te wegen. Daartoe is door de gemeente Zwolle verkend wat de positie is van Dijklanden als woningbouwlocatie. Duidelijk is dat de komende tien jaar de locatie niet direct nodig is, maar dat na gereedkomen van Stadshagen de locatie een functie kan vervullen voor het opvangen van de woningbehoefte. Voor de komende tien jaar is echter een invulling denkbaar waarbij het gebied in ieder geval tot 2026 agrarisch blijft en mogelijk een functie krijgt die meer aansluit bij de behoefte van de stad. Voortzetten van het huidige gebruik ligt voor de hand, maar ook zijn er initiatieven voor stadslandbouw op deze locatie. Dit sluit aan bij het in het najaar 2015 genomen raadsbesluit Ruimte voor de Vecht programma 2016-2018, onder meer betreffende stadslandbouw Langenholte.
Er is voor de komende tien jaar een divers aanbod aan woonmilieus. Uitgangspunt is om gefaseerd woningen op de markt te brengen en om zoveel mogelijk binnenstedelijk te bouwen en daarnaast Stadshagen af te bouwen. De vraag richt zich voor een deel op de vergrijzende bevolking en de alleenstaanden. Dat leidt tot een grotere vraag naar kleinere woningen. Maar er zijn ook wensen van jongeren en gezinnen naar groen-stedelijk/ dorps wonen. Voor deze milieus zijn locaties beschikbaar in Stadshagen, zoals de Tippe. Dijklanden ligt daarbij niet direct voor de hand.
In het najaar van 2011 is de studie naar de ruimtelijke kwaliteit van de stadsrand Langenholte e.o. gepresenteerd. Dit gebied heeft de potentie om naast de basis met een passende agrarische invulling, zich meer te richten op kleinschalig recreatief gebruik, zoals wandelen en fietsen, langs het water, het Westerveldse Bos in relatie met de bestaande sportterreinen, de aanleghaven en de roeivereniging. Door goed beheer kunnen de natuurlijke waarden worden behouden en versterkt. De locatie leent zich dan ook goed voor extensieve functies, zoals stadslandbouw met toegevoegde functies als educatie, horeca, zorg, verkoop streekproducten. Dat betekent dat handhaven van de huidige agrarische bestemming prima voldoet. Bovendien sluit dit aan bij het eerder genomen raadsbesluit over het programma Ruimte voor de Vecht 2016-2018. Langenholte (inclusief Dijklanden) is onderdeel van het mondingsgebied van de Vecht. In het programma zijn maatregelen voor natuur en recreatie opgenomen.
In het Structuurplan 2020 is de locatie Dijklanden in beeld als potentiele woningbouwlocatie. De definitieve invulling voor de lange termijn hangt samen met de besluitvorming door de raad. Dit zal plaatsvinden bij de vaststelling van de Omgevingsvisie als integrale opvolger van het structuurplan/ structuurvisie. Bij het opstellen van deze Omgevingsvisie zal een goede analyse worden gemaakt van de ontwikkelingen in de samenleving enerzijds en zullen anderzijds de kracht en potenties van de verschillende gebieden in kaart worden gebracht. De ontwikkelingen in de woningmarkt, de kwantitatieve en kwalitatieve woningbehoefte voor de periode van 2026-2040 en de mogelijkheden van de verschillende locaties zijn dan bepalend voor de toekomstige invulling van Dijklanden (na 2026).
Het gaat om behoud van de huidige agrarische functie, waarbij voor een langere periode van 10 jaar naar invulling zal worden gezocht. Daarover zullen met de partijen goede afspraken moeten worden gemaakt. Als onderwijl een besluit wordt genomen om Dijklanden over tien jaar wel te ontwikkelen voor woningbouw zal de tijdelijke invulling moeten wijken.